“Mooi weer, hard rugby en een goede derde helft gaan ons weekend tot een groot feest maken.“
Dat was het idee.
Het begon goed: mooi weer, hard rugby met meteen in de 1e minuut een try voor ons.
En het eindigde goed met een mooie derde helft met een leuke rugbyshow van het derde om naar te kijken.
Maar tussen de 1e minuut en de derde helft begon het snel minder te worden. De zon ging weg, het begon te regenen en van de gemaakte afspraken (rugbyen zoals op training geoefend) kwam steeds minder terecht. American-football-passes over 40 yards werden afgewisseld met mooie individuele acties van “hoe isoleer-ik-mijzelf” , “ik-doe-het-nu-even-anders-dan-afgesproken” en “waarom-naar-voren-als-het-naar-achteren-minder-moeite-kost”.
Het was dat de Pickwick-players een onervaren team hadden opgesteld, daardoor stond het met rust toch nog 40-0.
Met het uitvallen van Dorre viel ook de coördinatie enigszins uit. Door goed technisch fröbelwerk wisten we onszelf zowaar onder druk te zetten. Al zigzaggend in eigen 20-meter-gebied als een kip zonder kop (Monthy Python’s Ministry of Silly Walks was er niets bij) en dan de bal laten vallen of naar voren te passen, gaven we onze opponenten alle gelegenheid om te scoren. Gelukkig waren zij onervaren én onhandig.
80-0 was de eindscore. Simpele walk-over zou je denken, maar toch was iedereen op het einde behoorlijk uitgeput. Kwam met name doordat sommigen zoveel praatten en daarom geen adem meer hadden, en doordat anderen daar weer heeeel moe van werden.
Al met al een mooie wedstrijd die ik niet had willen missen. Want er waren ook Gooi-spelers die gewoon hun werk deden zelfs al hadden ze een Pickwick-shirt aan.
MotM
Arthur van Voorst
Geen opmerkingen:
Een reactie posten